Derek Otte Foto 1
Poezie

Derek Otte: een spoken word is de meest pure vorm van schrijven

Taaltovernij, spelen met zinconstructies en de meest vrije vorm van schrijven beoefenen. Dit is wat Derek Otte doet. Die meest vrije vorm, spoken word, staat in zijn boek Regelgeving beschreven.

Stel jezelf eens voor …

Ik ben Derek Otte, 28 jaar een dichter uit Rotterdam. Dat ben ik, in de allerkortste versie. Verder heb ik een eigen podium, Paginagroots, voor jong schrijftalent in de Rotterdamse Schouwburg. Een vriend van mij en ik zijn vorig jaar een uitgeverij begonnen, uitgeverij Rorschach. Verder treed ik op in Nederland en Vlaanderen en ik schrijf heel veel. Ik ben bezig met een tweede bundel, mijn eerste is vorig jaar uitgekomen.

Je bent bezig met spoken word. Kun je uitleggen wat dit fenomeen precies is?

Nee, het is niet super bekend en dat vind ik eigenlijk wel fijn. Het is wel leuk om te zien dat steeds meer mensen het gaan doen. Voor de mensen die het helemaal niet kennen, zou ik het heel oneerbiedig kunnen omschrijven als ‘rappen zonder muziek’. Het ligt een beetje tussen rapteksten en ‘echte’ poëzie in. Het is voor mij de meest vrije vorm van schrijven, omdat je kunt smokkelen met de lettergrepen en het metrum. Je kunt er alle taaltechnieken in kwijt, het is voor mij een hele fijne vorm om mee op te treden. Ik schrijf versjes, verhalen én spoken word. Maar tijdens optredens doe ik het liefst spoken word te gebruiken, omdat dit het lekkerst loopt.

Is het schrijven van spoken word makkelijker dan bijvoorbeeld puur een verhaal schrijven?

Ik weet niet of het een kwestie is van moeilijk of makkelijk, maar het is wel een kwestie van zo puur mogelijk. Als ik echt iets voel, dan kom het er in een keer uit. Met spoken word heb ik geen ruimte om na te denken over ‘is dit woord misschien beter dan dat?’. Het komt er in een keer uit. Later zet ik dan de puntjes op de i. Het performen daarvan is denk het moeilijkst. Het is moeilijker dan gedichten voordragen, met alle respect voor de mensen die dat goed kunnen. Maar het is moeilijk om rekening te houden met ademhaling, verschillende tempo’s, volumes en de klank van je stem. Het is voor mij een hele pure vorm van schrijven en dat maakt dat ik het een mooie kunstvorm vind.

Hoe ben je in aanraking gekomen met spoken word?

Ik wist niet eens dat het spoken word was toen ik er mee begon. Ik heb altijd gestotterd, zo tot mijn eenentwingste. Vanaf mijn achtste was ik al bezig met schrijven. Praten ging niet altijd heel lekker en spreken voor een grote groep vond ik al helemaal niks, want dan werd het veel erger. Ik heb het altijd een beetje weggeschoven. Ik ben wel begonnen met schrijven, want ik wilde er mee naar buiten toe. De teksten op mijn site werden gedeeld en dat gaf een kick. Ik heb logopedie weer opgepakt en op een gegeven moment een boeking gekregen. De opzet van die teksten is altijd de voor mij makkelijkst uit te spreken woorden in het begin plaatsen en de tongbrekers in het midden of aan het einde, zodat ik iedere keer als ik ademhaalde wel goed kon beginnen. Daar is mijn stijl uit voortgekomen. Meer uit noodzaak. Taal was (en is) een obsessie, want ik las woordenboeken en dan ging ik synoniemen zoeken. Ik nam zinsconstructies onder de loep. Dit alles had tot doel om toch te zeggen wat ik wilde zeggen, zonder dat ik het ging zeggen, zeg maar. Zo is het eigenlijk een beetje geboren en heeft het zich verder ontwikkeld tot dat was het nu is.

Vind je het moeilijk om te rijmen? Ik kan me voorstellen dat rijmen wel essentieel is op bepaalde momenten bij spoken word.

Het is lastig maar dat het lukt, heeft bij te maken met het stotteren. Daar is mijn woordenschat wel van gegroeid. Ik hoef dus meestal niet heel lang te zoeken naar een rijmwoord. Ik vind ook dat het dan niet altijd hoeft te rijmen. De klankrijm is daar heel welkom in. Het lijkt of het rijmt, maar het rijmt helemaal niet. Je kunt daar het een en ander mee opvullen. Daarentegen is het schrijven van een verhaal wel fijn, want dan hoeft het allemaal niet te rijmen. Ik vind het veel belangrijker dat het inhoudelijk goed is en dat het overeenkomt met wat je voelde toen je het opschreef, dan dat het precies rijmt.

Blijf je dicht bij jezelf wat betreft de inspiratie voor een nieuw stuk?

De dingen waar je over wil schrijven zijn altijd de dingen die je meemaakt, die in gesprekken met je omgeving naar voren komen of die in de actualiteit aanwezig zijn. Ik heb bijvoorbeeld elke week een nieuwscolumn voor FunX en dan is het iedere keer het nieuws van de week samenvatten, dus dan haal je informatie van verschillende nieuwskanalen. Maar de inspiratie komt altijd wel uit mezelf, alleen wat betreft de stijl en andere dingen laat ik mij heel erg inspireren door anderen. J. Cole, 2Pac en Eminem, zijn allemaal hiphop. Ik haal ook mijn inspiratie uit Nederlandse liedjes en kleinkunst. Stef Bos, Toon Hermans… Het komt eigenlijk overal en nergens vandaan.

Ik schreef nooit op de lijntjes. alsof ik ergens wist als kind
dat wat echt telt in het leven, tussen de regels door begint

Derek Otte

In september 2015 kwam je debuutboek Regelgeving uit. Waar komt die titel vandaan?

Ik geef regels in het boek en dat is eigenlijk de woordspeling die erin zit. Verder gaat ieder gedicht in de bundel over geschreven en ongeschreven regels in ons leven en in onze samenleving. Het spannendste is als die regels overtreden worden, als het allemaal niet zo lekker loopt.

Hoe is het proces van het schrijven van je eerste boek verlopen?

Het is mijn debuut, dus mijn gedachte was dat ik wel diversiteit wilde laten zien. Dat is de reden achter de verhalen die ook in mijn boek zitten, waardoor er niet alleen versjes in te vinden zijn. Helaas overleven spoken word-stukken niet op papier, want ze hebben echt de intonatie en de stem nodig. Het is een beetje alsof je bladmuziek in een boek zou zetten. Het komt pas echt tot leven als je het speelt en dat is hetzelfde met je stem. Veel van die teksten zijn gesneuveld. Ik ben met mijn goede vriend en collega, Manu Van Kersbergen, naar Terschelling gegaan. We hebben al mijn werk erbij gepakt. We zijn gewoon gaan zoeken en bekeken samen welke stukken van belang waren voor het boek. Er viel heel af en wat er overbleef hebben we bijgeschaafd en in een volgorde gezet. Zo is eigenlijk de bundel ontstaan. Alles wat in de gedachte achter Regelgeving paste. Bij de tweede bundel ben ik weer bij het begin begonnen en is de werkwijze totaal anders, dat houdt het spannend.

03 Boek Regelgeving Derek Otte

‘Taal is alles en alles is taal’ geef je in je eerste boek aan. Wat betekent deze zin voor jou?

Naast mijn werk als artiest ben ik heel erg bezig met het onderwijs. Ik ben tijdens mijn schooltijd nooit geïnspireerd geraakt om een kunstrichting op te gaan. Terwijl dit gek was, want in mijn omgeving waren mensen er wel mee bezig. Mijn ouders keken naar cabaretiers op televisie, gingen weleens naar het theater. Mijn neef en vrienden zaten dik in de hiphop, wat wel degelijk onder de noemer ‘woordkunst’ valt. Ik legde de link tussen die woordkunst en de verplichte literatuur op school niet. Op school, laten we eerlijk zijn, moet je vaak boeken lezen waar je dan te jong voor bent. Het inspireerde mij niet. Ik vind het tof dat spoken word wel jongeren aanspreekt, mogen schrijven in plaats van moeten lezen. Je gedachtes en gevoelens op papier kunnen zetten. Het is heel belangrijk om jezelf te kunnen uiten, omdat ik letterlijk denk dat taal alles is en taal alles is. Hoe je met elkaar omgaat en hoe je je opstelt in conflicten; het heeft allemaal te maken met taal. Het belang daarvan is een beetje onderbelicht in ons onderwijs vandaag de dag en het vak Nederlands kan echt wel een stuk leuker zijn. Daarom ben ik blij dat spoken word een vak is aan de Hogeschool Rotterdam. Ik het dit vak zelf gecreëerd, vorig schooljaar. In acht lessen ga ik wel degelijk aan de slag met de Nederlandse taal, net als vroeger op de middelbare school, maar via spoken word, fragmenten van rapteksten en cabaret hoop ik dat ik mijn liefde voor taal over kan brengen. Van daaruit kun je werken aan technische taalkanten en verdere verdieping. Tot nu toe zie ik het vak aanslaan en studenten in die acht weken groeien naar een voordracht. Dat is echt prachtig om mee te maken.

Je gaf al eerder aan dat je een uitgeverij bent gestart. Wat hoop je te bereiken het komende jaar?

Het komend jaar staan er al twee andere publicaties op het programma. Die zijn niet van mij, maar van andere mensen. Manu (de vriend die met het initiatief van de uitgeverij kwam) en ik hebben gemerkt dat we het niet alleen leuk vinden om zelf mooie dingen te maken. We vinden het heel tof om anderen te begeleiden in het proces van toewerken naar een eindproduct. Dat is tevens de doelstelling van de uitgeverij; mooie boeken uitbrengen van jong en controversieel talent. Wij willen mensen een plek geven die zo’n plek normaal niet zomaar krijgen. Tot nu toe is het heel leuk en levert het heel veel energie op. We zijn klein, doen het voor de liefde voor taal en we zien wel waar het schip strand. Of nou ja, ’t kofschip.

Heb jij nog persoonlijke doelen voor het aankomende jaar?

Mijn boek komt in 2017, dus daar kijk ik erg naar uit en daar ben ik nog hard mee bezig. Dit is wel een heel belangrijk doel en ik besteed daar veel aandacht aan. Daarnaast blijf ik doen wat ik leuk vind om te doen. Ik ben heel blij dat ik hiervan kan leven. Ik mag gewoon fulltime met taal bezig zijn. Of het nu optreden is, in opdracht stukken schrijven of in het onderwijs mag groeien; het heeft allemaal met elkaar te maken. Ik doe het allemaal met veel plezier. Ik hoop dit nog heel lang te mogen doen. Mijn droom zou wel een avondvullend programma zijn, waarbij ik niet alleen met spoken word naar voren kom maar met een totale voorstelling, verschillende disciplines. Dat lijkt mij echt vet. Daarnaast is ooit op Oerol staan een zeer belangrijke droom. De sfeer, de mensen en de creativiteit die je dan op Terschelling vindt, is schitterend.
Dus Oerol, als jullie dit lezen…

Anniek Thumb
Anniek