Manon Sikkel is bekend van haar boeken over Izzylove en Elvis Watt. Voor de Kinderboekenweek met als thema opa’s en oma’s heeft ze het boek “Geheim Agent Oma” geschreven. Aan Janneke Siebelink, hoofdredacteur boeken van bol.com, vertelt ze wat als kind haar lievelingsboek was, hoe ze aan de namen van haar personages komt en welke wijze raad ze heeft voor kinderen.

“In mijn hoofd ben ik niet ouder dan een kind” - Manon Sikkel
Twee werelden
Eigenlijk een ontsnapping aan de werkelijkheid.
Ja, dat doen kinderen eigenlijk altijd, die leven altijd in twee werelden. De wereld met hun ouders en hun eigen fantasiewereld. Ik ook. Af en toe daal ik weer terug, want dan moet ik mijn uitgeefster bellen, maar daarna ga ik weer terug naar mijn droomwereld.
Hoe is dat voor jouw omgeving?
Meestal merken ze het niet. Het is allemaal in mijn hoofd. Ik kan naar de buitenwereld doen alsof ik gewoon 51 ben, wat ik ook ben, maar in mijn hoofd ben ik niet ouder dan een kind.
Zijn er bepaalde onderwerpen waar je niet over zou kunnen schrijven?
Ja, pony’s. Daar weet ik niks van. Hockey. En oorlog. Kindermishandeling ook niet. In mijn boeken gebeuren geen ernstige dingen. De grotemensenproblemen laat ik weg uit mijn boeken. Ik probeer een wereld te maken zoals kinderen die zien, zelfs een kind die in hele nare omstandigheden leeft. Zelfs in de ergste omstandigheden zien kinderen de wereld op lager niveau. De problemen zitten daarboven. De kinderwereld heeft nog een soort dekentje van vrolijkheid en die probeer ik altijd in mijn boeken te stoppen.

Identificeren
Dolf Verroen, auteur van het kinderboekenweekgeschenk van dit jaar, zegt dat je als kinderboekenschrijver altijd kind moet zijn en het kind altijd een uitweg moet bieden. Ben je het daarmee eens?
Ik houd van alle personages in mijn boeken en ik hoop dat als een kind mijn boek leest, dat ze zichzelf in de hoofdpersoon kunnen herkennen, omdat ik veel meer schrijf over wat er in de hoofden gebeurt. Ik beschrijf nooit hoe de kinderen eruit zien, omdat ik vind dat kinderen van alle kleuren, leeftijden, achtergronden zich in de gedachten van dat kind moeten kunnen herkennen. Daar zit volgens mij de uitweg in de boeken voor de lezers, dat ze zich kunnen identificeren met de hoofdpersoon en de wereld kunnen zien door de ogen van de hoofdpersoon, wat eigenlijk een beetje mijn wereldbeeld is.
Welk boek dat je zelf geschreven hebt, vind je het leukst?
Net als ouders met meerdere kinderen, vinden schrijvers al hun boeken ook even leuk. Elk boek is gewoon een soort kind van mij. Elk boek heb ik met heel veel plezier geschreven. Het enige is wel dat mijn laatste boek altijd mijn aller- allerlievelingsboek is. Maar daarna komt er weer een nieuw boek en dan is dat mijn lievelingsboek. Dus nu is Elvis Watt Heppie Kemper het leukste boek dat ik ooit heb geschreven. Maar binnenkort verschijnt een nog leuker boek, Geheim Agent Oma. Vanwege het thema van de Kinderboekenweek. Ik vond het zo’n leuk thema.

Veranderingen en namen
Hoe verzin je die namen in je boeken, Elvis Watt, Orlando Pinedo?
Ik vind namen verzinnen heel lastig, want het moet echt passen bij het personage. Bij Elvis Watt heb ik heel lang nagedacht, ik kon echt niks bedenken. Op een gegeven moment had ik Elvis, omdat ik in de etalage Elvin zag, daarna dacht ik aan Elvis. Aan mijn zoon vroeg ik of hij een leuke achternaam wist voor Elvis. Hij zat met oordopjes in, dus hij zei: wat? En toen dacht ik: ja, dat is leuk. En Orlando, ik ken iemand die zo heet en ik vond het zo’n coole naam. En Pinedo is omdat het rijmt op: als je van de trap afvalt, ben je weer snel “benedo”.
Zou je nog iets willen veranderen aan de boeken die je al hebt geschreven?
Er is één ding dat ik heel graag wil veranderen in een Izzylove-boek. Dat was namelijk het allereerste boek dat ik schreef. Isa ontmoet een jongen en zijn vader heet Jack Muesli. In mijn boek speelt hij een kleine rol. Terwijl ik aan het schrijven was, kwam er een collega naar mij toe en die zei: ik heb iets ergs meegemaakt. Dit weekend heeft mijn buurman zijn tenen eraf gemaaid met een elektrische grasmaaier. En ik dacht: ik ben schrijver, dus dan stop je gruwelijke dingen in je boeken. Dus Jack Muesli heeft geen tenen, die zijn eraf gemaaid. Drie boeken later gaat Jack op vakantie en loopt hij de hele vakantie op teenslippers rond. Toen ik dat had geschreven, dacht ik: dat kan helemaal niet. Zijn tenen zijn weer aangegroeid. Dus dat zou ik wel willen veranderen. Maar alles kan in kinderboeken, zelfs tenen laten aangroeien.