Mariska Overman is docente levensbeschouwing en filosofie, maar ook auteur. 13 april komt haar debuut uit: Hoofdzaak. Penny interviewde Mariska over haar eerste thriller en over haar eigen bedrijf waarmee ze de dood meer bespreekbaar wilt maken.
De hoofdzaak is je debuut, hoe ben je op het idee gekomen om juist dit verhaal te gaan schrijven?
Dit verhaal ontstond spontaan. Ik kreeg in het voorjaar van 2016 de beginzin in mijn hoofd: Het hoofd lag op tafel. Ik heb dat even laten sudderen en in juni ging ik schrijven. Het verhaal vormde zich terwijl ik schreef, een heel bijzondere ervaring. Ik wist wel van tevoren dat ik in ieder geval iets van mijn kennis over de dood en zorg voor de doden erin wilde verwerken. Verder lag alles open.
Je bent zelf eigenaar van een bureau dat je dood bespreekbaar maakt. Wat doe je dagelijks in je werk en hoe is dit concept tot stand gekomen?
Ik ben freelancer en kort gezegd houd ik me bezig met het bespreekbaar maken van de dood op creatieve manieren. Ik doe dit samen met mijn man, hij kent de wereld van de palliatieve zorg goed, en ik heb gewerkt als docent in de uitvaartbranche. Die kennis combineren we. We maken bijvoorbeeld gespreksstarters en ontwikkelen social media campagnes.
Heb je bepaalde elementen toegepast die jij vanuit je eigen leven of werk hebt meegekregen?
Ik heb les gegeven aan mensen in de zorg over postmortale zorg: de zorg voor overledenen. Dit lees je duidelijk terug in het boek. Niet alleen vanwege de feitelijk kennis, ook het waardevolle aspect ervan, laat ik zien. Dat er mensen zijn die elke dag hun best doen om een mooi afscheid mogelijk te maken voor nabestaanden door overledenen toonbaar te maken, dat beseffen veel mensen zich niet. Het draagt zoveel bij aan een rouwproces. Dat wil ik graag zichtbaar maken. Ook vanuit mijn privéleven is er absoluut iets in het verhaal terecht gekomen. Ik verloor mijn broertje op jonge leeftijd. Dat de hoofdpersonen broer en zus zijn, heeft daar veel mee te maken. Als ik het verhaal nu teruglees, zie ik dat er veel van mezelf en mijn broertje in zit. Ergens is dat best confronterend, maar ik vind het ook mooi.