Het zal je broertje maar zijn is het tweede boek van comedian Anuar, die in 2015 debuteerde met Op zoek naar mijn voorhuid. In deze roman krijgen we een inkijkje in de Nederlands-Marrokaanse cultuur, waar Anuar met een open blik naar kijkt. Nordin is de hoofdpersoon in Het zal je broertje maar zijn, een nietsnut die, nadat hij voor de zoveelste keer in problemen is geraakt, door zijn vader naar Marokko wordt gestuurd om een man voor zijn tweelingzus te vinden. Voor Lees Magazine interviewde Jiska Koenders Anuar over zijn nieuwste verhaal.
Je bent van huis uit comedian, nu is er een boek. Wat is voor jou het grote verschil tussen op het podium staan en schrijven?
“Het grote verschil is dat ik, als ik schrijf, de controle over het publiek kwijt ben en niet weet hoe mensen reageren. Op het podium kan ik er meteen op inhaken als een zaal lacht of juist niet. Ik kan ter plekke besluiten om een verhaal in te korten of juist langer te maken. Dit kan bij een boek niet, het verhaal is af en ik kan er niets meer aan veranderen. Dat maakt het meteen ook heel spannend.”
Wat vind je het leukst aan schrijven?
“Het fijne aan schrijven vind ik dat ik de realiteit even helemaal los kan laten en vol mijn fantasie en dromen in kan duiken.”
Het hoofdpersonage in Het zal je broertje maar zijn is Nordin, een jongen die weinig met zijn leven doet. Waarom werd hij je hoofdpersoon?
“Het motto van mijn boek is: Iedereen heeft wel iemand in de familie die niet normaal is, en als er nu niemand je te binnen schiet, dan ben je het waarschijnlijk zelf. Als comedian begint alles bij herkenbaarheid. Ik heb daarom geprobeerd een personage neer te zetten dat iedereen wel kent of zelfs is.”
Zit er veel van jouw (jongere) zelf in Nordin?
“Ik denk stiekem dat iedereen wel een gekke, niksende Nordin in zich heeft, maar voor mij is het belangrijker dat hij iets goeds probeert te doen. Dat vind ik aandoenlijk.”
Je stelt in je boek best wat pittige onderwerpen aan de kaak zoals integratie, (online) contact tussen mensen, vriendschap, en familie. Welk onderwerp houdt jou het meest bezig en waarom?
“In mijn shows probeer ik met humor de wereld te omarmen. Helaas houden velen van ons zich bezig met de verschillen tussen jou en mij. Denk hierbij aan afkomst, geloof, politiek of geaardheid. Ik houd mij juist bezig met wat ons bindt. En dan komen we weer uit bij humor. Ken jij iemand die niet van lachen houdt? Ik moet de eerste persoon nog tegenkomen.”
Je boek speelt zich onder andere af in de wijk Overvecht, waar je zelf bent opgegroeid. Wat is het grootste probleem dat jij om je heen ziet?
“Het grootste probleem is het vooroordeel. Dat doet me pijn. De ene wijk is de andere niet, dat snap ik ook wel. Maar geloof mij nou maar: in mijn wijk doet 95% echt z’n best om aan te haken in de maatschappij.”
Wil jij de jongens in je wijk met dit boek een boodschap meegeven en zo ja, welke?
“Ik wil niemand een boodschap meegeven. Als je die meekrijgt, is dat mooi meegenomen. Ik heb de lezer vooral een kijkje willen geven in wat ik zie. Oftewel: welkom in mijn Nederland!”
