Felicita Vos2
Literaire romans

Felicita Vos: “Ik wil mensen laten verdwijnen in een andere wereld”

De Nederlandse Felicita Vos, die van vaderskant Roma-wortels heeft, schreef al over het verschil in cultuur tussen de Roma en Nederland in ‘Duivelsklauw’. In haar nieuwe boek ‘Spaans Bloed’ beschrijft ze opnieuw de cultuur van de Roma en gitano’s van binnenuit, nu in de vorm van een familiedrama. Met Janneke Siebelink, hoofdredacteur van online magazine lees.bol.com, spreekt Felicita over hoe het is om gitana (zigeuner) te zijn, over godsdienstwaanzin en over verdwijnen in verschillende werelden.

Spaans bloed

De hoofdpersoon is Livia Jagersma, jij heet Felicita Vos. Heb je onbewust dan wel bewust jacht gemaakt op je eigen demonen bij het schrijven van Spaans Bloed?
Mooie vraag, maar eigenlijk niet. De aanleiding om dit boek te schrijven, was een spannend verhaal dat ik eerder had geschreven voor het boek Over de Grens. Dat was van meerdere schrijvers en we moesten allemaal een plan inleveren voor een verhaal over smokkel in het Nederrijngebied. We mochten het niet van elkaar weten, dus het was best spannend, want er mocht natuurlijk ook niets dubbel inzitten. Ik wist toen meteen dat ik over vrouwenhandel wilde schrijven. Ik doe altijd heel grondig onderzoek. Ik bezoek alle plekken en ga met iedereen praten en ik zoek alles tot op de draad toe uit. Toen ik met dat verhaal bezig was, heb ik ook gesproken met rechercheurs die met vrouwenhandel werken. Dat greep me zo aan dat ik dacht: ik doe dit onderwerp helemaal geen recht zo, hier moet ik een roman over schrijven. Maar ik wilde geen roman schrijven over vrouwenhandel op zich, dat is niet de hoofdmoot. Het komt erin voor, maar het gaat ook over hele andere dingen. Over liefde, verraad, verlies, de duistere kant van de mensheid, alles komt erin voor.

Welke vragen stelde je vooraf aan jezelf bij het schrijven van het boek?
Bij mij werkt het zo: er wordt een idee geboren en dat gaat bij mij leven, dat gaat borrelen en bruisen en dan ga ik erop broeden. Op een gegeven moment wist ik dat ik meer met vrouwenhandel wilde doen, maar dan wel vanuit een heel ander perspectief. Dan ga ik het verzinnen, personages bedenken. Hoe moet dat dan? Dat is het voorwerk. En heel veel onderzoek doen en een verhaallijn bedenken. En zo gaan die puzzelstukjes op een gegeven moment in elkaar vallen.

Wat leg je er van jezelf in?
Ik schrijf, dus ik leg mijn ziel en zaligheid erin. Je neemt jezelf mee in het schrijven. Maar het is wel een boek dat totaal fictie is, het is echt verzonnen.

Waarom grijpt het onderwerp je zo aan?
Hoe kun je iemand meer beschadigen dan gedwongen in de prostitutie brengen? En wat doet dat met een meisje van 14 jaar, dat ze zo’n slachtoffer is? Het is het ultieme verraad dat zich ontvouwt en je kunt iemand niet meer beschadigen dan dat. De hoofdpersoon heeft een kaalslag in haar innerlijke leven en dat probeert ze wel te verbloemen, maar uiteindelijk kan ze er niet onderuit. Er staan ook heel expliciete scènes in en dat vond ik best moeilijk, maar het kan niet anders. In die keiharde wereld wordt echt niet over lalala gesproken.

Sad

Parallelle werelden

In je boek gaat het over De Fabriek, een verschrikkelijke afwerkplek. Ben je daar ook geweest?
Ja, in Spanje, in Madrid, Casa del Campo, dat is de fabriek. Het is bijna echt een fabriek, want klanten worden daar fabrieksmatig afgewerkt. Er staan ook vrouwen naakt te tippelen, echt gedwongen. Het is heel dubbel. Het zijn parallelle werelden. Enerzijds zijn er gezinnetjes die daar heel gezellig aan het picknicken zijn en een paar honderd meter verderop zit je gewoon bij een keiharde afwerkplek. Ik heb in Nederland afwerkplekken bezocht. Ik ben wel in dat park geweest in Madrid, maar ik ben niet teruggegaan naar Madrid om daar nog een keer heen te gaan. Wel hier in Nederland. Ik heb ook met prostituees gesproken.

Geef je ze met dit boek een stem die ze niet hebben?
Het gaat veel meer over moed en daadkracht en hoe kom ik dit te boven? Ik wil geen pleidooi houden voor de prostituees. Het gaat over een meisje dat alles meeheeft. Ze is hartstikke slim, ze wil architecte worden en dan opeens door een speling van het lot komt ze in deze wereld terecht. Het gaat mij er om: hoe overleef je dat, wat doet dat met jou? Meer dan dat ik op de barricaden wil staan voor de vrouwen die dit overkomt.

De teaser is: “Sommige familieschandalen kunnen beter geheim blijven.” Uiteindelijk wordt het wel bekend en maakt het haar completer als mens.
Ja, het is wel heel schokkend natuurlijk, vooral als blijkt dat haar lot is gestuurd door een hand waarvan ze nooit verwacht had dat die haar lot zou sturen. Ze is op de vlucht geslagen voor haar verleden en heeft het alsmaar onderdrukt. Ze kon op een gegeven moment alleen nog maar communiceren met de buitenwereld via haar werk. Ze kon geen relaties meer aangaan. Alleen Lennart kon ze nog toelaten. Dat is nogal moeilijk allemaal. Uiteindelijk weet ze: “dit is een onomkeerbaar iets, ik heb de deur naar mijn verleden open gezet, ik moet dit uitzoeken, ik moet dit weten. Dat maakt de cirkel rond en dan kan ik verder.” Dat klopt, maar ze zal toch moeten leren leven met de trauma’s uit het verleden.

In hoeverre voel je je verwant met haar?
In zoverre dat ik haar bedacht heb. Als je schrijft, dan word je haar. Ik werd Livia. En ik werd ook tante Pilar, wat een vreselijk kreng is, maar ik moest haar wel worden. Dus in die zin voel ik overal wel verwantschap mee, ook al heeft het niks te maken met wie ik ben, in de letterlijke zin van het woord.

Hoe heb je je in die afschuwelijke tante Pilar verplaatst?
Weet je dat ik het eigenlijk best wel heel leuk vond om over haar te schrijven? Omdat ik totaal niet zo ben. Ik kon er lekker op losgaan. Dat maakt het heel leuk.

Dus als het verfilmd wordt, wil je wel die rol spelen?
Zover wil ik niet gaan.

Geloof en godsdienst

Ze keert zich op een gegeven moment naar godsdienst, want ze wil haar kwade geweten verlossen. Dat komt op mij behoorlijk egoïstisch over.
Dat is het ook, dat is het enige wat ze wil. Ze gaat dood en dat weet ze. Ze heeft afschuwelijke dingen gedaan en ze is als de dood dat ze voor eeuwig in de hel zal branden. Dus eigenlijk via die gesprekken met God probeert ze zichzelf te reinigen, zodat ze straks in zijn koninkrijk kan komen. Ze is behoorlijk godsdienstwaanzinnig geworden.

Die waanzin beschrijf je fantastisch. Was het moeilijk om dat te beschrijven?
Ik vond het veel moeilijker om de ellende van Livia te beschrijven. Dat komt dichterbij.

Heb je iets met het geloof?
Nee. Ik ben wel ooit gedoopt en volgens mij is het daar zo’n beetje bij gebleven. Ik ben nooit op biecht gegaan. Ik voel geen noodzaak. Ik zou niet weten wat ik op moest biechten. Dat vind ik leuk aan schrijven, dat je steeds in andere werelden terecht komt. Ik vind het leuk om me daarin te verdiepen. Dus ik heb me ook in het geloof moeten verdiepen, en alles wat daar speelt en hoever mensen kunnen gaan.

Heb je daar begrip voor?
Ik heb er wel begrip voor dat mensen misschien houvast in het geloof vinden. Maar de manier waarop Pilar met het geloof omgaat… Nee.

Is schrijven jouw geloof? Is dat een manier om het slechte in de wereld te bezweren of daar controle over te hebben?
Nee, daar heb ik geen controle over, dat moet er gewoon uit. Dat klinkt een beetje cliché, maar het is echt een innerlijke noodzaak. Het moet eruit. Ik wil natuurlijk ook werelden delen. Als klein meisje vond ik het fantastisch om helemaal te verdwijnen in een andere wereld en kennis te nemen van al die andere werelden en ik hoop dat anderen ook te kunnen schenken, dat is gewoon heel mooi.

Declameren

Wat je ook heel mooi er doorheen verweeft, is een gedicht van Lorca, Het voorgevoel. Kun je vertellen waarom dat zo van betekenis is voor dit boek?
Ik heb zelf een fascinatie voor Lorca en ook de gitano’s hadden een fascinatie voor Lorca. Ze voelden elkaar heel goed aan. Hij was de enige die begrip had voor hen. Zo wordt het echt gevoeld door de gitano’s in Spanje. Hij was ook een buitenstaander in de gemeenschap door zijn geaardheid en zijn manier van leven. Hij had een hele rijke gevoelswereld en die wist hij heel rijk te verbeelden, met mythische elementen die met de cultuur verbonden zijn. Het voorgevoel heb ik gekozen omdat ik de coupletten aan de hoofdstukken kon koppelen. Eigenlijk is het boek een gedicht bestaande uit de coupletten van Lorca, en al die coupletten van het gedicht slaan weer op de hoofdstukken. Het is bijna een baarmoeder om het boek heen.

Dat is prachtig. Bedenk je dat van tevoren of ontstaat dat organisch?
Ik had al bedacht dat ik dat graag wilde, dus toen ben ik gaan speuren: wat past daar goed bij? En dit klopte gewoon helemaal voor mij. En ik heb in het boek nog Mario, die helemaal verliefd is op Lorca en te pas en te onpas iets declameert.

Je hebt in het echt ook een vriend die zo declameert.
Ik heb een vriend, een flamencodanser, en die is helemaal gek van Lorca. Hij declameert waar hij maar kan. Het is een ontzettende lieve man en ik moest ook wel aan hem denken toen ik Mario creëerde.

Zou je nog willen vertellen waar het verhaal over gaat?
Het is een rijk geschakeerd boek met veel elementen, waaronder het ultieme verraad, maar ook liefde, het ontberen van liefde, moed en overleven. Het heeft heel veel elementen

Poem

Vooroordelen

Het gaat ook over vooroordelen. Livia gaat uiteindelijk weg uit Madrid als jong meisje vanwege vooroordelen.
Ze gaat met haar ouders weg uit Granada vanwege vooroordelen, naar een dorp vlakbij Granada. Dat dorp bestaat niet echt, dat heb ik verzonnen. Uiteindelijk vertrekt ze naar Madrid omdat haar ouders omkomen.

In hoeverre hebben vooroordelen jou gevormd?
Daarom heb ik Blauw haren zwarte ogen en Duivelsklauw geschreven, omdat ik het belangrijk vind om de andere kant van het gelijk te laten zien, om die schoonheid te laten zien om zo vooroordelen weg te kunnen nemen.

Kun je een specifiek voorbeeld geven?
Ik ben zelf veel in Spanje geweest en ik heb ook flamenco gedanst met mijn zus. Op uitnodiging van Andres Marin, een flamencodanser, ben ik in Sevilla geweest. Hier ziet niemand het, maar daar roept iedereen gelijk: “hé, gitana!” Dan werd er op de grond gespuugd. En als ik in een winkel liep, werd ik achterna gelopen, er werd gekeken of ik niet ging jatten. Dat vond ik wel heel heftig. Over vooroordelen gesproken. Dat vond ik geen fijne ervaring.

Betekent Internationale Vrouwendag iets speciaals voor jou?
Nee, eigenlijk niet. Het is natuurlijk prima dat er zo’n dag is, maar eigenlijk is elke dag vrouwendag.

Het is echt een prachtig boek, gefeliciteerd.
Dankjewel.