Samen met zijn vrouw Hester van der Vliet (producer) trok Dirk Jan Roeleven (documentairemaker) de deur dicht om samen te beginnen aan een fantastische lange reis van vijf maanden. Ze besloten hun geliefde Subaru Forester, beter bekend als de Boswachter, na 17 jaar trouwe dienst weg te brengen naar zijn geboortestad; Tokyo. 23.832 kilometer betekent naast ruige wegen, de woestijn en avonturen, ook eindelijk de tijd hebben om te praten over hun ongewenste kinderloosheid. Over deze reis schreven zij hun boek De laatste reis van de Boswachter.
Geen airco en ook geen kennis van autotechniek. Je zou zeggen dat het op die manier niet prettig is een grote reis te beginnen naar onbekende landen. Maar Dirk Jan en Hester laten zo’n ervaring niet uit handen slaan. Dirk Jan wilde zijn geliefde Boswachter niet zomaar dumpen bij de sloop: “Het wegbrengen van de auto, voelde als een waardig afscheid.” Oftewel respect tonen voor de Boswachter die hun jaren heeft gebracht naar prachtige bestemmingen.
Voor de lezers: Waar gaat jullie boek over?
Hester: “Nou Dirk vertel, want Dirk kan dat het beste.”
Dirk Jan: “Ons boek gaat over de Boswachter. De Boswachter is een oude Japanse auto van 17 jaar oud, die 500.000 kilometer op de teller had. Wij hadden beloofd, dat als de auto dat zou halen, wij hem terug zouden brengen naar Tokyo. Dit wilden wij doen om hem een gezonde en rustige dag te gunnen na een trouwe dienst van vele jaren voor ons. Dit hebben wij gedaan en zijn in allerlei omwegen naar Tokyo gereden. Daarnaast hadden wij ook een ander doel met die reis; niet alleen de auto een goede oude dag bezorgen, maar ook onszelf bedenk ik mij nu. Wij kunnen helaas geen kinderen krijgen en wilden dit even rustig, na een heel hectisch leven, samen bespreken. We hadden eindelijk de tijd om op die hele lange en stille wegen door de berkenbossen van Siberië, het thema van allerlei kanten tegen het licht te houden. En daarmee om het even heel lelijk te zeggen: een plekje te kunnen geven.”
Ik merkte in jullie boek dat Dirk Jan het lastig vond om aan te kaarten dat hij het moeilijk vindt geen kinderen te kunnen krijgen. Maar jullie hadden dus wel het doel om daar op reis over te gaan praten?
Hester: “Het was echt de bedoeling om hierover te praten. Het grappige is dat Dirk natuurlijk een interviewer is en daardoor mij steeds ging interviewen. Dus ik zei: ‘Volgens mij is het de bedoeling dat jij nu eens antwoorden geeft. Wat voel je nou precies?’ Hij vond het wel lastig om bij dat gevoel te komen. Dirk wilde meteen beginnen met het gesprek toen we nog in Nederland waren. Ik moest nog even inkomen en wilde juist genieten van wat ik om mij heen zag; het is ook een zwaar onderwerp om te bespreken. Voor mijzelf heb ik de knop snel kunnen omdraaien, ook als overleving. Het heeft geen zin om de rest van mijn leven te gaan treuren, daar kom je niet verder mee. Maar het doet natuurlijk wel veel pijn dat we geen kinderen kunnen krijgen en grootbrengen.”
Waarom vonden jullie het zo belangrijk om de Boswachter terug te brengen naar Japan?
Dirk Jan: “Ik wilde altijd al een keer naar Japan, want ik was daar nog nooit geweest. Ik heb best veel gereisd, maar Japan stond altijd nog op mijn lijstje. Maar ik vond het een beetje ver vliegen, haha.”
Dus je dacht dan pakken we de auto?
Hester en Dirk Jan lachen: “Haha, nee maar dat speelde wel mee. Ik had altijd het verlangen om naar Japan te gaan en ik had ook het idee om eens een hele lange pauze te gaan nemen. We waren toen 55 jaar en hadden altijd hard gewerkt. Als je in de media werkt, ben je dag en nacht bezig, wij in ieder geval wel. Ik merkte dat het een mooi moment was om een break te nemen in werk en überhaupt het leven. Even rustig na te denken over wat je nu doet en wat je daarna gaat doen.”
“De auto was heel oud, dus ik dacht dat het mooi zou zijn als de reis zijn einde zou zijn. We zijn erg gehecht geraakt aan die auto, dat was voor de reis al. Ik vind het dan heel stom om een auto naar de sloop te brengen. Ik denk dat ik het vooral lastig vind om afscheid te nemen. Het wegbrengen van de auto naar Japan, voelde als een waardig afscheid. Daarnaast was het gewoon een hele leuke reis om te doen, met veel avontuur en gezellig samen met je meissie; iedereen even achterlaten.”
Welke bijzondere plek is jullie het meeste bijgebleven?
Hester: “Alles eigenlijk. Japan was echt het walhalla, maar alle landen waar we doorheen zijn gegaan hadden wel íets. Rusland vond ik echt fantastisch; de vrouwen en hoe ze gekleed waren, knap en sterk, geen bullshit.”
Dirk Jan: “Hester ontdekte volgens mij dat ze Russisch bloed heeft. Ze beschrijft zichzelf!”
Hester: “Mongolië had ook weer iets. Het is een heel esoterisch land; je voelt daar heel erg de planeet en dat je op aarde bent. Er zijn bijna geen mensen en alleen maar dieren; wilde paarden, wilde kamelen en gieren. Het is ongelofelijk wat je daar ziet.”
Dirk Jan: “Mongolië was denk ik het meest indrukwekkend als land, natuur en ook als wegdek, want er was alleen maar zand. Je moest door de woestijn rijden en dat vond ik vooral heel leuk, maar ook best wel tricky. Als je verkeerd rijdt, dan moet je geen pech krijgen en dat niemand je dan kan vinden. We bleven wel altijd in de buurt van de elektriciteitspalen, want ik had ergens gelezen dat dat een goede manier was van navigeren. Als we bij die elektriciteitspalen bleven, kon het niet echt misgaan. Een soort reddingslijn.”
Welke plek hebben jullie gereden met geknepen billen?
Hester: “Voor mij was dat in Mongolië toen we een hele zware week hadden en wilden rijden van stad naar stad, zodat we op tijd een slaapplek zouden hebben. Het werd donker en ik kon de weg niet goed zien. We reden door kuilen heen en heuveltjes, wat niet heel prettig was. Uiteindelijk zagen we dat er een snelweg in aanmaak was, dus zei ik tegen Dirk dat we daarop moesten rijden. Het was zó donker en de autolichten waren niet fel genoeg. Opeens ging Dirk keihard op de rem omdat we bijna het einde van de weg afgingen. Alsof we ervan af vielen. Dat was ontzettend eng. Die stad kwam ook maar niet in zicht…”
Dirk Jan: “Dat was inderdaad eng en het was ook echt donker.”
Hester: “Toen zagen we in de verte ineens lichtjes bewegen, als een soort Fata Morgana. De lichtjes verdwenen weer, dus reden wij door. Uiteindelijk zagen we de stad in de verte. Wat een opluchting was dat!”
Dirk Jan: “Die wegen zijn overdag al bijna niet te doen, maar ’s avonds al helemaal met slecht licht en een donkere weg; dat was billen knijpen. Ik moest vooral denken aan Rusland. We hadden een andere weg genomen dan de navigatie had voorgesteld. Het was echt een waardeloze weg en het werd steeds later en ook donkerder. Ik zag mijn benzinemeter langzaam naar nul gaan. Het enige wat ik aan het doen was, was tellen hoeveel kilometer we nog konden rijden. Ik raakte best wel bezorgd, ook omdat ik, heel stom, twee reservetankjes niet had gevuld van tevoren.”
Hester: “De hele reis geen reservetanks gevuld hé. Dat kan je toch niet bedenken!”
Dirk Jan: “Hester vroeg op een bepaald moment aan mij wat dat brandende lampje was. Ik zei dat het niets was. Gelukkig kwam de redding net op tijd. Dat was echt een van de meest beangstigende momenten van de reis."
Interview gaat verder onder het volgende blok.