Volgende week is het eindelijk zover: dan komt het langverwachte nieuwe boek van Dan Brown uit: Oorsprong. Ook dit keer neemt hij ons mee op een zoektocht langs kunstwerken, onder begeleiding van niemand minder dan Robert Langdon. Wat heeft deze professor tot nu toe allemaal meegemaakt? We praten je nog even bij!
Robert Langdon
Eerst maar eens de hoofdpersoon zelf: Robert Langdon. Robert is een hoogleraar religieuze iconografie aan Harvard University. Hij heeft al vele boeken op zijn naam staan, met veelal (verborgen) symboliek als onderwerp. Hij heeft naam gemaakt als symboliekdeskundige en draagt de bijnaam ‘De Dolfijn’ vanwege zijn gewoonte om in de ochtend nog wat baantjes te trekken in het zwembad. Hij is te herkennen aan een jasje van tweed en zijn vintage Mickey Mouse horloge, als herinnering dat hij het leven niet zo serieus moet nemen. Hij is als kind in een oude put gevallen, waar hij de nacht watertrappelend door heeft gebracht. Daardoor is hij claustrofobisch en vermijdt hij zoveel mogelijk liften en andere kleine, afgesloten en/of drukke ruimtes.
Het Bernini Mysterie
Robert Langdon wordt midden in de nacht gewekt door een telefoontje van CERN. Hij wordt nogal dwingend overgehaald om naar Zwitserland te komen en komt daar oog in oog te staan met een groepering waarvan hij dacht dat ze niet meer bestonden: de Illuminati. Door middel van een brandmerk wordt de moord op een wetenschapper door deze groep opgeëist. De moord brengt meer problemen met zich mee: de groepering heeft een druppel antimaterie gestolen en ergens in Rome verstopt. Daar loopt op dat moment het conclaaf voor de nieuwe paus. Samen met de wetenschapper Vittoria Vetra gaat Langdon door de stad op zoek naar de altaren van de wetenschap en de ontmoetingsplek van de Illuminati. Het is een race tegen de klok: elk uur sterft een van de grote kanshebbers van het conclaaf. En als ze de antimaterie niet op tijd vinden, zal het hele Vaticaan vergaan…