Hossein Sadjadi Ghaemmaghami Farahani, beter bekend onder het pseudoniem Kader Abdolah, is geboren in Iran waar hij vanwege zijn veiligheid onder een pseudoniem ging schrijven. Uiteindelijk vluchtte hij naar Nederland waar hij de vrijheid van schrijven ontdekte. Twintig boeken later spraken wij hem over zijn nieuwste boek: 1001 nacht.
De vertellingen van 1001 nacht vormen een aaneenschakeling van verhalen. Voor de liefhebbers van sprookjes bewerkte hij 1001 nacht. Daarnaast heeft hij het boek voorzien van eigen uitgebreide inleidingen en commentaar, zodat het ook te lezen is als zijn eigen literaire poëtica.
Wat bracht u ertoe met het boek 1001 nacht aan de slag te gaan?
“1001 nacht is een wereldberoemd boek. Mijn familie heeft dit boek altijd in huis gehad. Tijdens mijn jeugd heb ik wel eens geprobeerd om het boek te lezen, maar dat lukte helaas niet. Het boek was zo groot en zo zwaar, ik vond het veel te ingewikkeld. Door de jaren heen is het mij nooit gelukt om door het boek heen te komen. Totdat ik op het punt kwam dat ik vond dat ik het echt eens moest gaan lezen. Ik betrapte mezelf erop dat ik steeds na een paar bladzijdes het in mijn hoofd ging hervertellen. Vanuit daar is het idee ontstaan om te beginnen met het herschrijven van 1001 nacht om een mooi geschenk te maken.”
Wat waren belangrijke elementen die u wilde uitlichten?
“Voor veel mensen is het boek te overweldigend. Het is duizenden pagina’s aan teksten en verhalen. Ik vind het zonde voor de jonge generatie dat ze dit boek niet gelezen hebben. Tijdens het herschrijven heb ik geprobeerd de schoonheid van het boek te laten zien.”
“Zelf vergelijk ik het wel eens met een rivier die door de jaren heen helemaal vol ligt met takken en bladeren. Tijdens het herschrijven heb ik geprobeerd al die taken en bladeren weer weg te halen en terug te gaan naar de kern van het verhaal. Zodat het voor mijn lezers makkelijker is om de verhalen te lezen en er meer van kunnen genieten. Je kan het boek op je nachtkastje leggen en iedere avond een verhaal lezen.”
U bent zich dus meer gaan focussen op de kern van het verhaal?
“Ja zeker, 1001 nacht bevat een belangrijke reeks van essentiële levenslessen. Dit boek staat vol met verhalen van duizenden jaren geleden. Toen wisten mensen bijna niets over de liefde, verdriet, de dood of belangen. Het is heel belangrijk om de ervaringen en de verhalen uit 1001 nacht door te geven op volgende generaties. Na elk verhaal heb ik ook mijn bevindingen in één of twee pagina’s uitgelegd, zodat lezers zich beter kunnen inleven en de historische achtergrond van de verhalen mee kunnen krijgen.”
Hoe ziet het schrijfproces van uw boek eruit?
“In het geval van 1001 nacht ben ik vijf jaar geleden begonnen met schrijven. Iedere dag heb ik twee uur aan het boek gewerkt. Ik las dan in de ochtend een aantal pagina’s en deed vervolgens het boek dicht en probeerde het verhaal opnieuw op papier te zetten. Het kostte mij uiteindelijk vijf jaar tot ik een boek van vijfhonderd pagina’s had.”
U bent geboren in Iran, was het moeilijk voor u om in de Nederlandse taal te schrijven?
“Een van de belangrijkste boodschappen uit 1001 nacht is dat je op je eigen kracht en talent moet rekenen. Dat is ook precies wat ik heb gedaan toen ik in Nederland kwam. Ik wist dat ik getalenteerd was om te schrijven en ben gewoon in de Nederlandse taal en literatuur gedoken. Ik zal eerlijk zeggen dat het moeilijk was, en soms nog steeds moeilijk is. Maar het is een wonderlijke reis geweest waar ik heel dankbaar voor ben.”
Wilde u altijd al schrijver worden?
“Van kinds af aan ben ik dol op boeken en vind ik schrijven hartstikke leuk, dus eigenlijk kon ik niet anders. Iedereen heeft van binnen een talent en dat moet iedereen gewoon ontdekken. Ik was iemand met een talent voor schrijven en ik ben dit gewoon gaan proberen.”
Ondertussen heeft u al een aantal boeken geschreven, vond u het spannend om uw eerste boek te publiceren?
“Mijn eerste boek schreef ik in Iran tijdens de revolutie. Toen dit boek gepubliceerd werd moest ik voor mijn veiligheid een andere naam gebruiken. Hierdoor is de naam Kader Abdolah ontstaan. Dit waren de namen van twee goede vrienden die zijn geëxecuteerd. Omdat niemand wist wie de schrijver was heb ik niet echt de blijheid en vrijheid van de schrijver meegemaakt. Pas toen mijn eerste boek in het Nederlands gepubliceerd werd wisten mensen wie ik was. Dat was een ongekende ervaring voor mij. Opeens voelde ik me vrij, ik was bevrijd van de censuur en de druk van de dictatuur.”
Wat vindt u zelf het meest ‘bijzondere’ verhaal wat u geschreven heeft?
“Dat vind ik moeilijk om te zeggen, want meestal voel ik me het meest verbonden met mijn laatst geschreven boek. Maar het boek Spijkerschrift, dat gaat over mijn vader vind ik wel heel bijzonder. Mijn vader was doofstom en ik heb veel moeten huilen tijdens het schrijven van dit boek.”
Hoelang zal u nog blijven schrijven?
“Ik denk niet dat ik ooit zal stoppen met schrijven. In mijn ogen is schrijver zijn geen beroep. Ik ben nu bezig met het schrijven van een roman die ik hopelijk in 2021 kan uitbrengen en daarna zien we wel weer. Het beste is om er gewoon niet teveel over na te denken. Ik zal altijd doorgaan, zolang het leven me toelaat.”