1header interview annelies beck
Interview

Annelies Beck over Toekomstkoorts: “Ik heb dit verhaal tegen de grenzen van het geloofwaardige aangeduwd”

De Vlaamse Annelies Beck is journaliste en schrijfster. In Gent studeerde ze geschiedenis, in Londen richtte ze zich op Brazilian studies. In haar succesvolle debuutroman, Over het Kanaal, schreef ze over Belgen die in de Eerste Wereldoorlog naar Glasgow vluchtten. In 2015 verscheen Toen de zee stil was, een filosofisch prentenboek. Toekomstkoorts is haar tweede roman, over de Belgische periode in Descalvados.

Hoe ben je op het idee gekomen om over de Belgische periode in Descalvados te schrijven?
“Een Braziliaanse vriend stuurde mij, tien jaar geleden, een doctoraat van professor Domingos Sávio toe over een Belgische onderneming in het uiterste westen van Brazilië, in de negentiende eeuw. Het was voor het eerst dat ik zo’n uitgebreide studie las over wat die Belgen probeerden op te zetten in die waterige uithoek van dat gigantische land. Ik was erdoor geïntrigeerd en mijn zoektocht naar meer informatife begon. Het is een weinig bekend hoofdstuk in de Belgische koloniale geschiedenis. Het leidde me naar archieven in België, Brazilië en de VS, en uiteindelijk tot dit boek.”

Wilde je Descalvados een stem geven en de lezer bekend maken met deze onbekende historie?
“Uiteraard wilde ik het waargebeurde deel wereldkundig maken, maar tijdens mijn research raakte ik vooral erg geboeid door de vraag waarom mensen soms willens en wetens hun zin doordrijven en zich vastklampen aan hun ideaalbeeld, hun ambitie, en aan het verhaal dat ze zichzelf en anderen voorhouden, ten koste van alles. Nee, het was geen vriendelijke onderneming destijds. Tijdens mijn onderzoek stuitte ik zelfs op een lijfstraf die werd toebedeeld aan bijvoorbeeld veedieven; het afsnijden van de oren. Dat beeld stimuleerde mijn verbeelding. Dan vraag ik me af wat daaraan vooraf ging, wie zo’n straf uitvoert, hoe dat voelt. Zo ontstaat een verhaal.”

"Het was een standaardprocedure bij onverbeterlijk volk van buitenaf en altijd verbaasde het hem, dat gerafelde randje, zelfs met zijn scherpe mes. Hij maakte er een erezaak van zo schoon mogelijk te werken. Het was weleens fataal afgelopen in het begin, wanneer hij er iets naast zat en toch een slagader raakte. Hoe dan ook bespaarde een oor een hoop smerigheid vergeleken bij een hand of een voet. Aan handen of voeten deden ze hier niet; dat was economisch onverantwoord want werkkrachten waren in deze streek, in tegenstelling tot in Congo, schaars. Maar zelfs met een oor bleef het effect niet uit want zachtzinnig was zo’n straf natuurlijk nooit. Zijn taak verschafte Felix geen plezier, maar hij puurde uit een precieze en efficiënte uitvoering wel een zekere voldoening, ook nu weer."

Deze verhaallijn loopt in Toekomstkoorts door elkaar met Descalvados 100 jaar later, over de jonge architect Thiago. Heb je meteen voor die vorm gekozen?
“Het was voor mij vanaf het begin al duidelijk dat het historische verhaal niet compleet zou zijn zonder een hedendaagse laag. De verhaallijnen zijn elkaars echo. In de 19de eeuw waren het de Belgen die dachten: ‘zo, we zullen het daar weleens even overnemen’. In het hedendaagse verhaal voer ik een Braziliaanse ondernemer op die er een dwingende visie op nahoudt en er behoorlijk ver in gaat een ander van zijn gelijk te overtuigen. De Brazilianen zijn over het algemeen optimistisch ingesteld. Hun land is het land van de toekomst, zoals Stefan Zweig het omschreef. “Als wij de handen maar ineenslaan, dan kunnen we alles bereiken,” zeggen ze. En dan rijst de vraag: wie bepaalt de juiste weg en hoever ga je om die ambitie te realiseren? Over hoofdpersoon Thiago kun je je zelfs afvragen of hij wel een moreel kompas heeft. Tijdens het schrijven had ik soms het gevoel dat de werkelijkheid me inhaalde. In de krant lees je ook regelmatig over machtige mensen die overtuigd zijn van hun eigen gelijk, ook op het drammerige af. Maar het verhaal van Thiago is ook een verhaal over vriendschap en hoe die kan evolueren: zijn beste vriend en hij jagen elkaar op, drijven elkaar tot het uiterste, maken elkaar beter en slimmer, maar verliezen zich tegelijkertijd elk in het eigen verhaal. Ze raken opgesloten in het beeld dat ze van zichzelf en de ander hebben en raken elkaar kwijt.”

En het echte schrijfproces, hoe gaat dat bij jou in zn werk?
“Ik werk fulltime als journalist. Researchwerk deed ik in vakanties en toen dat verzamelen klaar was, werd het een kwestie van elke vrije minuut gedisciplineerd schrijven, twee jaar lang. Dat schrijfproces is intens, er is altijd een aanwezigheid bij je, zo voelt dat. Om mijn personages goed te kunnen begrijpen, inclusief al hun drijfveren, maak ik ook wel notities: hoe is iemand opgegroeid of wat heeft iemand meegemaakt? Dat helpt om hun gedrag een interne logica te geven, ook al kent de lezer al die achtergrond niet. Ik heb momenten dat ik in een flow raak. Het is lastig uitleggen, mijn personages gaan op dat ogenblik compleet met mij aan de haal. Ik leer ze kennen alsof ze buiten mij om bestaan. Ik heb dit verhaal tegen de grenzen van het geloofwaardige aangeduwd, de extremen opgezocht, een vorm die past bij de koorts van deze tijd, de onrust en de heftige discussies. Literatuur is een manier voor mij om de werkelijkheid met taal inzichtelijk te maken.”

Toekomstkoorts

Toekomstkoorts

1898. De uit het arme Vlaanderen gevluchte Felix is in het onherbergzame westen van Brazilië een nieuw leven begonnen. Op die plek, Descalvados, runnen Belgische ondernemers een vleesfabriek en er is ambitie om van daaruit een groter gebied te veroveren. Geweld wordt hierbij niet geschuwd. Het brengt Felix in conflict met zijn geweten. Een eeuw later is Descalvados wederom middelpunt van een megalomaan project. Daaraan mee te werken is een droom voor de talentvolle jonge architect Thiago, al wordt van hem verwacht dat hij in het belang van de vooruitgang over lijken gaat.


Natasja Bijl
Natasja Bijl