Aantekeningen over het verplaatsen van obelisken, zo heet de debuutroman van Arjen van Veelen. Een roman die in vele opzichten een herinnering is aan de jonge Vlaamse schrijver Thomas Blondeau, maar ook een autobiografische roman en een reisverhaal. Over een leven opbouwen vanuit de puinresten en over waar je de doden kunt begraven.
Thomas Blondeau
Als je Thomas Blondeau in je achterhoofd hebt wordt deze roman bijzonder. Even lijkt de schrijver die eind oktober 2013 onverwacht overleed, weer levend. Zijn aanwezigheid hangt over de hele roman: wanneer Arjen op bladzijde 11 schrijft dat Alexander de Grote -over wie hij de eerste geautoriseerde biografie gaat schrijven- op 32-jarige leeftijd overlijdt voelt dat als een voorafschaduwing op die andere overleden dertiger. En hier speelt Arjen ook mee: wanneer hij de trap oploopt naar de kamer van de dichter Kaváfis –waar Thomas niets van moest hebben trouwens– gaat dit naadloos over op de trap die naar Thomas’ voormalige kamer leidt.
Drie verhaallijnen
Natuurlijk zit er meer in de roman. Thomas heet in de roman ook Tomas, zonder h dus. Er zijn drie verhaallijnen. De eerste is de verhaallijn met Tomas, waarin de redelijk arrogante student literatuurwetenschap, die nooit in college komt omdat hij wel wat beters te doen heeft (gedichtenschrijven) de timide en vlijtige student klassieke talen Arjen ontmoet. Een heerlijke opkomst heeft die Tomas trouwens in zijn grote, antraciete Mercedes en Ray-Ban-pilotenbril, eigenlijk zoals-ie later de letteren zou bestormen met eX. Er ontwikkelt zich een bijzondere en fijne vriendschap, waarvan je als lezer al weet dat-ie schokkend in puin valt. Tweede lijn: de verteller emigreert na Tomas’ dood naar Saint Louis omdat zijn vriendin daar onderzoekswerk krijgt, maar het is ook een nieuwe start, al valt-ie er helemaal stil. En dan is er de verhaallijn waar het mee begint: de reis van de verteller naar Egypte. Gebaseerd op een dronken belofte tussen de jongens: eerst de letteren bestormen, dan de fameuze bibliotheek van Alexandrië. En misschien stiekem ook wel omdat: