In de debuutroman van Fien de Meulder is een Schotse huisvrouw haar grote liefde gevolgd naar Vlaanderen. Zeven jaar later wordt ze omringd door een clubje expatvriendinnen, twee kinderen en een man die nog steeds dol is op haar. De laatste tijd wordt ze echter overmand door twijfel of haar man wel de ware voor haar is, misschien heeft ze wel te snel voor hem gekozen: “Ik heb in mijn leven al meer tijd besteed aan de vraag welke soort wattenstaafjes ik zou kopen dan aan de keuze van mijn levenspartner en de vader van mijn kinderen.” Dat Het Grote Boek Van Dingen Die Hij Beter Nooit Gezegd Had met de jaren steeds gevulder raakt, helpt de passie niet vooruit. Bovendien blijkt ook het expatleven niet het avontuur te zijn waarop ze had gehoopt en vindt ze moeilijk aansluiting bij haar schoonfamilie.
Alles blijft hetzelfde
Behalve pianolessen volgen en in haar dagboek schrijven voert het hoofdpersonage weinig uit. Het is dan ook geen verrassing wanneer ze tot de conclusie komt dat haar leven zonder onheil of dramatische gebeurtenissen door en door saai is. Met halfbakken verliefdheden en ruzietjes met haar vriendinnen doet ze verwoede pogingen om haar dagen kleur te geven: “Het is alsof mijn innerlijke vijftienjarige een barst heeft gevonden om doorheen te kruipen en nu is ze vrij en blij de baas in mijn hoofd. Het is vreselijk vermoeiend, voornamelijk omdat ik probeer (en er niet in slaag) om me niet slecht te gedragen, terwijl al mijn impulsen op chaos aansturen.” Ondanks alle kleine drama’s ziet elke week – inclusief haar redelijk gelukkig huwelijk – er hetzelfde uit.
Bridget Jones en Shopaholic
Het verhaal volgt de regels van de chicklit, compleet met fantasieën over filmacteurs, jaloezie op vriendinnen en ongenoegen over het eigen lichaam en leven. Door de toon en structuur doet het boek vooral in de eerste helft denken aan reeksen als Bridget Jones en Shopaholic. Fans van deze boeken zullen de grappige, ad rem schrijfstijl van Fien de Meulder wel kunnen smaken. Zo slaagt ze er bijzonder goed in om normale handelingen humoristisch te beschrijven en kan ze met een paar rake observaties zeer uiteenlopende personages herkenbaar voorstellen.
Mist wat diepgang
Uit angst dat haar dagboek ontdekt zal worden verwijst het hoofdpersonage naar haar man en kinderen met X, K1 en K2. De mensen in haar omgeving krijgen bijnamen als PianoMan (PM), PoetsFee, Ozzie en Vlaamse Werkende Vrouw (VWV). Dit is een trucje dat in het begin een glimlach oplevert, maar het is jammer dat de personages niet boven die stereotypering uitgroeien. Zo vliegt de auteur bij de neurotische smetvreesaanvallen van het hoofdpersonage af en toe uit de bocht en dreigt ze zo te verzanden in het cliché van de hysterische huisvrouw. Hoewel de dagdagelijkse berichten over een luxueus, maar leeg leven aanvankelijk erg grappig zijn, mist het boek voor lezers die van een uitdaging houden hierdoor diepgang.
Een redelijk gelukkig huwelijk is een vermakelijk debuut van een auteur die duidelijk nog veel in haar mars heeft. Hou je van ongecompliceerde chicklit, dan mag dit boek niet ontbreken op jouw vakantielijstje.