Opwaaiende zomerjurken. Cirkel in het gras. Pier en oceaan. Stuk voor stuk titels van de boeken van Oek de Jong, een Nederlandse auteur die prachtige verhalen schrijft. De prijzen die hij won, zoals de F. Bordewijkprijs en de Reina Prinsen Geerligsprijs, bevestigen dat. Zwarte schuur is zijn meest recente boek en stelt met geen enkel woord van de 489 pagina’s teleur.
Zwarte schuur
De 14-jarige Maris Coppoolse woont in Zeeland. Een actie op een heldere middag in een zwarte schuur heeft een desastreuse invloed op de rest van zijn leven. De 59-jarige Maris Coppoolse woont in Amsterdam. Hij is een succesvol schilder, met een tentoonstelling in het Stedelijk Museum. Deze tentoonstelling geeft aanleiding voor een coververhaal over Maris. En daarin haalt zijn verleden hem in. Maris’ omgeving is geschokt. Hoe gaan zij -met name zijn vriendin Fran en haar kinderen- om met dat wat Maris gedaan heeft? En hoe gaat Maris hier zélf mee om? Vijf cruciale periodes uit Maris’ leven worden beschreven om deze vragen te beantwoorden.
Schaduw
Waar Maris in eerste instantie een ondoorgrondelijke en afstandelijke man lijkt, verandert deze kijk op hem naarmate het boek vordert. De gebeurtenis in de zwarte schuur blijft namelijk als een schaduw over zijn leven hangen (ook prachtig verbeeld op het omslag). Dit wordt merkbaar, omdat De Jong besteedt veel aandacht aan de psyche. Zo worden overwegingen voorafgaand of tijdens het handelen beschreven, net als gevoelens tijdens een gesprek. Door de expliciete aandacht voor het binnenste van de mens, krijg je meermaals het gevoel in het hoofd van Maris te zitten. De schaduw oefent zijn invloed uit op Maris’ kunst en relatie met Fran, zijn stiefdochter en andere vrouwen. Dat dit niet altijd fraai en soms zelfs schrijnend is, maakt het geheel geloofwaardig en jou nieuwsgierig: hoe gaat dit verder?