M.J. Arlidge is vooral bekend van zijn boeken over Helen Grace, maar schreef nu voor het eerst een standalone, Kom je spelen? Silvie van der Zee interviewde hem voor Lees Magazine over hoe het was om in het hoofd van een moordenaar te kruipen, zijn band met Helen Grace en 40-jarige fangirls.
Je nieuwe boek, Kom je spelen? Is een standalone. Waar gaat het over?
“Het gaat over een seriemoordenaar in Chicago die zijn slachtoffers stalkt. Het enige verband tussen de eerste twee slachtoffers is een jong meisje dat ze hebben leren kennen op de dag dat ze werden ontvoerd. Haar verklaring is zo vreemd dat de politie er gelijk een forensisch psycholoog bijhaalt, Adam Brandt. Het meisje, Kassie, vertelt hem dat ze kan zien wanneer iemand doodgaat. Als ze naar iemand kijkt, ziet ze precies wanneer en hoe diegene sterft. Dat staat natuurlijk recht tegenover alles waar Adam in gelooft, zoals logica en wetenschap. Op een gegeven moment steekt ze geblinddoekt de snelweg over om hem te laten zien dat het haar tijd nog niet is, en dan moet hij wel denken: spreekt ze toch de waarheid, of speelt ze onder één hoedje met de moordenaar?”
Het draait eigenlijk allemaal om de vraag: als je zou kunnen weten wanneer en hoe je doodgaat, zou je het dan willen weten? Wat is jouw antwoord daarop?
“Ik denk het niet. Ik zou bang zijn dat ik volgende week al doodga, en dat ik wil ik niet weten. Ik dacht hier lang geleden al aan. Het zou interessant zijn als iemand je dat zou kunnen vertellen. Ook leek het me leuk om een thriller te schrijven over een seriemoordenaar, maar dan met een paranormaal tintje. Zodra iemand tegen je zegt dat je iets niet mag doen, kom je natuurlijk in de verleiding om het wel te doen. Dus ik wilde eens kijken of er iemand in dit boek was die toch zou vragen wanneer hij of zij dood zou gaan. Het is een gevaarlijke verleiding.”
Kassie is een heldhaftig meisje. Wat kunnen we van haar leren?
“Ze is een ongewoon personage. Ik vind het leuk om personages te creëren die gedoemd zijn, maar toch blijven vechten, die vastzitten in een situatie waaruit ze niet kunnen ontsnappen. Voor Kassie is dat haar gave. Ik houd van die standvastigheid. Ik denk dat vrouwen daar veel sterker in zijn dan mannen. Ze hebben de aangeboren neiging om door te gaan, om zichzelf te beschermen, ook als ze lijden. Dat vind ik fascinerend. Vrouwen zijn helemaal niet het zwakkere geslacht. Daarom is mijn hoofdpersonage ook nooit een man. Vrouwen zijn, zowel in het echte leven als in fictie, veel interessanter, veel complexer. Mannen zijn vrij voorspelbaar en simpel.”